Belevingsdag 2.0

Het is alweer een tijdje geleden dat er belevingsdagen waren.

Een manier om de bewustwording van ADL’ers te vergroten, wat het is om te leven in een lijf dat niet doet wat jij wil. En te ervaren hoe het is om van hulp afhankelijk te zijn.

 

Voor mij voelde het toen als een klap in het gezicht. Alsof ik niet wist hoe moeilijk het voor cliënten is om altijd maar afhankelijk te zijn. Het voelde als een beetje ‘spotten’ met een beperking. Ons mam zei vroeger met regelmaat: “pas maar op! Als de klok slaat, blijft je gezicht of been zo staan.” Als wij een lelijk gezicht trokken of een handicap nadeden. En dat moest ik toen op die belevingsdag gaan doen.

 

Nu, na een operatie zit ik even in de lappenmand. En moet ik uit handen geven dat wat ik zelf zo graag doe, simpelweg omdat het even niet anders kan.

 

Ik roep normaal nog wel eens “als je kunt lezen, kan je ook koken en als je kunt luisteren, kan je ook doen.”

 

Nu mag ik dus de cliënt zijn die mijn man aanwijzingen geeft over hoe de wasmachine gevuld moet worden en hoe het eten bereidt moet worden. Het is maar goed dat ik de helft nu niet zie, want zijn zuchten zeggen meer dan duizend oogcontacten. Het is soms echt bewust de andere kant opkijken en op je handen zitten. Waarom hangt die was zo raar aan de lijn? Waarom snij je de aardappels nu zo? terwijl ik ze juist altijd andersom doe.

 

En dat zijn alleen nog maar de ongemakken die ik ervaar door het werk dat iemand anders voor mij doet (Ik heb echt een heel lieve man die alles voor me wil doen en ik weet van mezelf dat ik soms echt een pietlut kan zijn). Dan hebben we het nog niet eens over hetgeen wat mijzelf nu niet lukt. Waarom is die frustratie knop zo ontzettend veel groter dan de geduld knop? Een deel van mijn lijf wil nu niet wat ik wil en ik kan slecht tegen dingen die niet doen waarvoor ze bedoeld zijn. Bij mijn cliënten heb ik een engelen geduld, maar als het mezelf betreft is dat geduld opeens helemaal op. Er is mij verzekerd dat het goed komt, dat ik het alleen de tijd moet gunnen om te herstellen.

 

Laat ik maar niet zeggen dat het voor elke ADL’er wel goed zou zijn om even op deze manier in de lappenmand te zitten. Dat zou het verzuimcijfer opdrijven tot ongewenste hoogte, maar je leert wel weer hoe fijn het is als iemand iets voor je doet op een manier zoals jij het graag wilt en zelf graag zou willen doen.

 

Ik kijk uit naar progressie in mijn herstel en het weer kunnen helpen van mijn cliënten op een manier zoals zij het prettig vinden. Tot die tijd oefen ik mijn geduld.

 

Debora Nijssen