Cliënt Gerrit Jan Tempelman wil graag weer onbezorgd naar de bioscoop

‘Laten we oog houden voor de ander’

 

Het coronavirus heeft het leven van iedereen volledig op zijn kop gezet. Wat betekent dat voor onze cliënten en medewerkers? Hoe ervaren zij deze periode? We vroegen cliënt Gerrit Jan Tempelman naar zijn ervaringen. Corona roept bij hem allerlei verschillende emoties op, van verdriet en eenzaamheid tot verwarring en verrassing. Gerrit Jan vertelt.

 

Kun je eerst iets over jezelf vertellen?

‘Mijn naam is Gerrit Jan Tempelman. Ik woon in Emmeloord en werk als bedrijfsjournalist voor de provincie Flevoland.’

 

Hoe lang woon je al in een Fokuswoning en waarom heb je ooit voor Fokus gekozen?

‘Zes jaar geleden ben ik vanuit mijn ouderlijke woning in Emmeloord naar een Fokuswoning verhuisd, dat elders in het dorp gevestigd is. In die tijd realiseerde ik mij namelijk dat mijn ouders ook een dagje ouder werden en besloot ik dat voor mij het moment gekomen was om vanuit mijn rolstoel op eigen benen te gaan staan.’

 

Op welke manier ben jij in je dagelijks leven met corona bezig? Wat betekent het voor de assistentie die je krijgt?

‘Ik voel mij verantwoordelijk voor mijzelf en anderen om mij heen. Zelf behoor ik niet tot een risicogroep, maar veel cliënten van Fokus hebben een kwetsbare gezondheid en daarom wil ik momenteel in mijn doen en laten geen enkele kans op besmetting lopen. Daarom leef ik in vrij strenge afzondering van anderen. Ik vind het in deze situatie heel jammer dat ik momenteel maar weinig mensen kan ontmoeten, maar ik wil zo veel mogelijk proberen te voorkomen dat het virus zich in mijn nabije omgeving verspreidt. Daarom heb ik ook de keuze gemaakt om mijn hulpvragen zo veel mogelijk te combineren.’

 

Zijn er zaken rondom corona waarvan jij als cliënt niet weet hoe je daar mee om moet gaan?

‘Ik aarzel momenteel wel om minder noodzakelijke zorg aan te vragen, zoals een verplaatsing van de ene in de andere rolstoel. Steeds moet ik voor mijzelf op dit punt een bewuste afweging maken en die verschillende dilemma's vermoeien mij soms wel. De voorwaarden die momenteel aan de zorg verbonden worden, brengen mij ook in verwarring. Zo worden cliënten dringend opgeroepen om tijdens de zorg een mondkapje te dragen, terwijl deze bescherming de zorgverlening voor mijn gevoel alleen maar belemmert.’

 

Hoe kijk jij (wat corona en Fokus betreft) naar de nabije toekomst?

‘Ik maak mij wel enige zorgen. Zelf merk ik dat de huidige situatie enorm veel veerkracht en weerbaarheid van medewerkers en cliënten vraagt. Ik hoop dat wij allemaal de kracht en de energie mogen blijven vinden om onze samenwerking in een goede sfeer voort te blijven zetten. Laten we daarom allemaal oog houden voor de ander.’

 

Zou je iets tegen mede-cliënten willen zeggen?

‘Durf je eigen regie soms te relativeren. Deze huidige situatie heeft niemand volledig onder controle. Alleen door op een goede manier met elkaar samen te werken, kunnen we er met zorg voor elkaar zijn.’

 

En wat zou je de medewerkers van Fokus (in heel Nederland) willen meegeven als boodschap?

‘Weet dat je gewaardeerd en bewonderd wordt. In duidelijke taal of anders in stilte.’

 

Wat doet deze periode met jou persoonlijk?

‘Deze periode roept allerlei verschillende emoties bij mij op. Verdriet om iedereen die in het ziekenhuis ligt of overleden is, maar ook bewondering voor de zorgmedewerkers. Verwarring omdat we als mensen veel minder macht hebben dan we soms lijken te denken, maar ook verrassing omdat we vaak meer veerkracht hebben dan we ooit hadden verwacht. Eenzaamheid omdat ik mij in deze situatie soms best alleen voel, maar ook dankbaarheid omdat een ander aan mij denkt. Het is een periode die ik nooit mee had willen maken, maar die ik straks waarschijnlijk ook nooit meer zal willen vergeten.’

 

Wat ga je doen als het leven weer 'normaal' is?

‘Vorig jaar ben ik een kleine vijftig keer naar de bioscoop geweest. Ik had dat aantal graag willen overtreffen, maar dit jaar haal ik de tien niet eens. Natuurlijk hoop ik zo snel mogelijk weer een nieuw record te kunnen vestigen.’