Door Gerrit Jan Tempelman (cliënt)

 

Warme douche

“Hoi.” Ze hijgt een beetje. “Sorry hoor, we hadden een alarm tussendoor. Gelukkig waren we op tijd.” Ik laat haar even rustig uitblazen. Het is tenslotte dertig graden buiten. “Vind je het erg als ik mijn vestje even hier neerhang?” Ze drapeert het ding handig om de deurklink. Een luchtig zuchtje wind strijkt de plooien glad. Even volg ik de rimpelingen met mijn blik. Zo hebben deze assistenten in de afgelopen jaren al vele jasjes moeten uittrekken. Figuurlijk dan natuurlijk, stel je voor zeg. In gedachten, voor hun gevoel. Ze teren in op hun reserves. Deze dik dertig dames en de magere twee heren hier hebben steeds minder vlees op de botten. Dat zie ik zelfs.

 

Want het abc van Fokus houdt al lang niet meer op bij de letters A, D en L. Assistenten moeten tegenwoordig ook steeds meer woordjes mee leren spreken over termen als EVA, ARBO en ARA. Gelukkig verstaan zij hun vak prima. De boodschap is duidelijk. Blijf in beweging. Zo zelfstandig mogelijk. Iedere dag weer zetten de medewerkers daarom hun beste beentje voor. Toch merk ik dat ze steeds vaker een flink stapje harder moeten lopen. Het is hollen of stilstaan in deze flat. Logisch dus dat ze soms even wankelen. Dat ze op zinderende zomerdagen het zweet van hun voorhoofd moeten vegen in dampende douchecabines. Ik zou gillend zijn weggerend. Aan mij wil je echt niet blijven plakken.

 

Zodra de temperatuur weer oploopt, maak ik graag een diepe buiging tegen hun kromme rug. Ik kan hun veters niet eens strikken, maar ik sta wel achter deze mensen. Ik leg me niet neer in de luwte. Gaat u maar rustig slapen? Nee bedankt. Ik houd het team liever met een frisse blik in het oog. Laten we samen het hoofd koel houden. Het mag niemand te heet onder de voeten worden. Vergeet daarom vooral niet om op zijn tijd eens rustig te genieten van een warme douche.